Dagelijks krijg ik mailtjes van studenten met vragen over logistiek en supply chain management voor hun scripties, stages of papers, naast de vele mailtjes van mijn eigen studenten (voor wie ik er altijd ben). Die mailtjes waardeer ik enorm. Het vertelt mij welke thema’s spelen en studenten belangrijk vinden.
Maar het lukt me helaas niet om persoonlijk op die vragen in te gaan.
Wanneer kun je op een reactie van mij rekenen?
Als je een specifieke vraag hebt:
Ik reageer met veel plezier op specifieke vragen die blijk geven van een gedegen vraagstelling (hoofd- en deelvragen) en vooronderzoek. Als je mij jouw vragen stuurt, stuur dan tenminste het plan van aanpak, de hoofdstukken van jouw scriptie waarover je vraag gaat en de literatuurlijst mee. Dan snap ik de achtergrond van de vragen. Soms nodig ik dan de studenten uit voor een persoonlijk gesprek om tot de kern van de zaak te komen.
Je kent de literatuur:
Als je mij vragen stelt, dan ga ik ervan uit dat je eerst alle denkbare literatuur hebt geraadpleegd. Die literatuur bestaat NIET uit alleen de algemene studieboeken die je tijdens je studie hebt gelezen; die bieden enkel een globaal raamwerk zoals een logistiek concept. Het logistiek concept vind je overigens hier.
De echte literatuur, gebaseerd op serieus onderzoek, vind je alleen in wetenschappelijke tijdschriften (scholar.google.com is de ingang voor Engelstalige zoekopdrachten) en rapporten van wetenschappelijke raden en onderzoeksorganisaties als Gartner, TNO, Raad voor de Leefbaarheid en Infrastructuur, Dinalog, KiM en natuurlijk de TopSector Logistiek, maar soms ook bij de goede adviesbureaus als IBM, CapGemini, Stec, Buck en Deloitte.
Een goede literatuurlijst heeft tenminste 10 oorspronkelijke wetenschappelijke publicaties.
Ik krijg jouw scriptie:
Uiteraard krijg ik na afloop van het beantwoorden van de vragen een exemplaar van de scriptie. Ik steek er tijd en energie in, dan verwacht ik ook het resultaat terug.
Vraag daarom altijd eerst aan je docent en bedrijfsbegeleider of het goed is dat je met mij contact opneemt en je scriptie, na afronding, aan mij mag geven. Daarom vraag ik vooraf of de bedrijfsbegeleider een mail stuurt met die toezegging. Vaak eist het bedrijf geheimhouding van de scriptie. Dan is het aan hun en jouw eigen docent voor de begeleiding te zorgen. Dat voorkomt wederzijds teleurstelling.
Als je verzuimt de scriptie op te sturen, dan komt je naam op mijn ‘zwarte lijst’. Ik heb een geheugen als een olifant…
Ik reageer nooit op:
Algemene vragen als:
Kunt u mij iets meer vertellen over logistiek of distributie? Daarvoor zijn de bekende studieboeken en natuurlijk je eigen docenten.
Contactvragen als:
Kunt u mij in contact brengen met bedrijven die een stagiair zoeken? Dat doe ik wel als je via linkedin wil linken met een van mijn contacten en daarbij een goed verhaal hebt waarom jouw stage voor juist die contactpersoon relevant zou kunnen zijn; ‘get introduced through a connection’. Uiteraard heb je als student een Linkedin-account!
Vragen die geen blijk geven van zelf eerst een stevige literatuuronderzoek te hebben gedaan.
Het alleen maar lezen van ‘Werken met logistiek’ is geen literatuuronderzoek (zie hierboven). Dan is je eigen docent de eerst aangewezen persoon om je daarbij te helpen.
Heeft u een logistiek onderwerp voor mij…
Op zo’n trieste vraag ga ik al helemaal nooit in. Op Delaatstemeter.nl, Logistiek.nl, SupplyChainMagazine en internationale weblogs vind je vele actuele onderwerpen die mij, andere docenten, en bedrijven aanspreken.