De toekomst van stadshubs: samen leren omgaan met schaarse en dure ruimte

De toekomst van stadshubs
De toekomst van stadshubs: samen leren omgaan met schaarse en dure ruimte

Na bijna dertig jaren gerommel in de marge staan stadshubs weer bovenaan de stadslogistieke agenda’s. Gaan ze het nu wel redden? Neen, als we het ‘business as usual’ aanpakken. Ja, als ze de wereld van de ‘stuff’ en de ‘fluff’ weten te verbinden.

In 1990 werd voor het eerst gesproken over stadshubs in een rapport van Coopers & Lybrand. Het was de oplossing voor stadslogistieke goederen die niet vers, vies, vervelend, volumineus of vederlicht waren. De reactie toen: veel te duur, veel te omslachtig. We zijn dertig jaar, en een kleine 400 stadshubs in Europa, verder. Waarom mislukten ze?

Wat ging er fout?

Veel stadshubs richtten zich op de al goed georganiseerde winkeldistributie. Grote stadslogistieke stromen als bouw, afval, facilitaire inkoop en horeca waren niet in beeld. De verladers en ontvangers zaten er niet op te wachten. De totale keten, via de hub tot aan de ontvanger was niet goed bedacht. Het verdienmodel was niet solide en afhankelijk van overheidssteun. Bovendien veranderde de lokale overheid elke vier jaar het speelveld.

Het stadslogistieke speelveld verandert. Zendingen worden kleiner en moeten liefst nog vandaag worden geleverd. De laatste meters worden onbetaalbaar. De planning is steeds minder voorspelbaar. Professionele spelers bieden inmiddels uitstootvrije stadslogistieke diensten. Waarom zou je nog zelf rijden? En, wie nu nog niet papierloos werkt zou een beroepsverbod moeten krijgen. Zero emissie zones vormen het eindspel voor de nu nog dieselende ondernemers in de steden en woonwijken. Stadslogistiek kan niet meer zonder stadshubs.

Stadhub 2.0: delen, heel veel delen

De nieuwe stadshubs zijn anders dan Coopers & Lybrand in 1990 bedacht. De stadshubs zijn ‘white label’. Schaalgrootte is een voorwaarde voor succes. En, als je geen eigen schaalgrootte hebt, dan maak je die samen met andere ondernemers. Transactie- en planningsdata in de keten zijn papierloos en naadloos. De stadshubs worden goed gepland.

De gedeelde stadsvoertuigen zijn licht elektrisch en ‘connected’ met lokale verkeersmanagementsystemen. Elektrisch laden doe je slim en samen. In de stadslogistiek zijn standaard ladingdragers de norm; containerisatie. De stadshubs voegen waarde toe bij uitpakken, installeren, retour nemen en voorraadhouden. Traditioneel is de stadslogistiek van de ‘stuff’; pallets, barcodes en busjes. De nieuwe stadslogistiek vraagt ook om ‘fluff’; het slimme gebruik van data bij planning en uitvoering.

Schaalgrootte is een voorwaarde voor succes

Door woningbouwplannen is er nauwelijks meer plek voor stadshubs. Meer ruimte is er verderop in de regio. Maar, daar heeft een pakketbedrijf, horecabezorger, servicemonteur of de loodgieter niets aan. Dit leidt tot onnodige kilometers. Bundelen wordt zo erg lastig. De grote afstand staat de inzet van schoon, elektrisch ­vervoer in de weg. Hubs moeten dicht bij de stad liggen.

Gemeenten moeten ruimte maken voor bedrijven die producten en diensten leveren voor de stad zoals het bundelen van stadslogistiek, slim onderhoud van gebouwen en infrastructuur, bouwlogistiek, schone mobiliteitsdiensten en het leveren en produceren van voedsel. De Amsterdamse Wethouder Victor Everhardt stelt bij de toekomstige bedrijvenstrategie: “De logistiek, ambachten en maakindustrie verdwijnen uit de stad terwijl zij de motor zijn van de economie in de Metropoolregio Amsterdam.” Dat geldt voor alle grotere gemeenten.

Meer doen met minder ruimte

Veel bedrijvigheid op lokale bedrijventerreinen is extensief; een geringe dichtheid van bedrijven en weinig banen. Bedrijventerrein zijn verouderd en niet duurzaam. Intensivering is daarom nodig; we moet met minder ruimte meer doen. Dat lukt niet met ‘business as usual’. Waarom zijn er honderden groothandels­locaties voor de bouw en horeca nodig rond de steden? Waarom delen bedrijven hun locaties en voorraden niet? Waarom delen ze hun bestelvoertuigen niet? Zijn er opties om in de hoogte, of juist ondergronds, bedrijfsruimte te ontwikkelen?
De stadshubs rond de steden worden ecosystemen waarin bedrijven, overheid en onderzoekers samen nieuwe bedrijfsmodellen ontwikkelen en die in de praktijk van de stad testen en verbeteren. Stadslogistiek moet de wereld van de ‘stuff’ en de ‘fluff’ verbinden. Business as usual? Vergeet het maar!

Walther Ploos van Amstel op Logistiek.nl

1 Comment

Leave a Reply

Walther Ploos van Amstel  

Passie in logistiek & supply chain management

FOLLOW