Bouwhubs kunnen een grote bijdrage leveren aan minder stikstofuitstoot. Geen lege vrachtwagens meer die de stad in- en uitrijden. Maar werken vanuit een locatie aan de rand van een stad waar alle bouwmaterialen worden overgeslagen in volle vrachten. In veel grote steden zijn bouwhubs opgezet.
Een reductie van zeker 70 procent kan ermee worden gehaald, stellen lectoren bouwlogistiek Ruben Vrijhoef en Walther Ploos van Amstel in een gesprek met Marije de Leeuw van Cobouw. “Met een gewone hub breng je de transportbewegingen met ongeveer 70 procent naar beneden, heeft onderzoek van een consortium van TNO, Hogeschool Utrecht, Hogeschool van Amsterdam en TU Delft uitgewezen”, zegt Vrijhoef.
“Uitgaande van diesel kun je dit een-op-een vertalen naar dito minder stikstof. Richt je een zero-emissie bouwhub in, bij voorkeur inclusief transport over water en je gaat ook nog eens werken met circulair materiaal, dan kom je op een hypothetische reductie van 100 procent uit. Minder vervoeren met huidige dieselvoertuigen is minder stikstof uitstoten. Als je logistiek via het water gaat, breng je het aantal vrachtwagens nóg verder naar beneden, want met vijf vrachtauto’s vul je één schuit die de Amsterdamse binnenstad in kan. Als dit allemaal elektrisch gaat, is de reductie nog groter. Met hergebruik van circulair materiaal hoef je in theorie helemaal niet de stad meer uit voor bepaalde typen materiaal. Je hergebruikt gewoon wat er ter plekke is.” Onlangs toonde een handreiking van de Provincie Noord-Holland aan dat de bouwhub voor een stikstofreductie van 50 tot 80 procent kan zorgen.
Minder kosten, meer productiviteit
BIM wordt nog nauwelijks gebruikt in combinatie met logistiek Vrijhoef: “Teveel stikstof is niet alleen een probleem voor de natuur. Ook voor de volksgezondheid. Bouwbedrijven moeten hierin hun verantwoordelijkheid pakken en het is goed voor je imago.” Daarnaast kan zo’n hub ook kostenbesparingen en productiviteitsverbeteringen opleveren. “Van zo’n 40 procent”, stelt Vrijhoef. “Maar dan moet je de hub wél goed inrichten en de kostenvoordelen vooraf met je leveranciers bespreken. Dat hebben we in een aantal bouwprojecten met succes nagedaan. In de nacalculatie bleef soms nog meer over dan vooraf gedacht.”
Met ‘eventjes’ een hub beginnen lukt dit niet, waarschuwt Ploos van Amstel. “De kosten zijn flink. Per pallet ben je zo tien tot vijftien euro extra kwijt als je het systeem niet goed optuigt. Kosten besparen lukt alleen door slim en efficiënt te werken. Het is naïef om te denken dat een hub zomaar eventjes opgericht is.”
‘Ga nooit in je eentje aan de slag’
Bouwhubs vergen goede samenwerking. “Richt een bouwhub nooit in je eentje op. Dan ben je kansloos. Het is juist de bedoeling dat er materiaal voor meerdere projecten in de stad wordt opgeslagen en dan in een keer naar de bouwplaats wordt gebracht. Als je de ene dag veertig vrachtwagens hebt en de dag daarna maar zes, heeft het natuurlijk weinig zin.”
Daarnaast is een goede locatie essentieel: “De grootste fout die je kunt maken is een vaste hub. Het moet er een zijn die na tien, vijftien jaar weer kan worden verplaatst. Kies een plek waar in de buurt veel wordt gewerkt. Goede locaties zijn bij distributiecentra en langs het water. Daar is vaak al logistieke capaciteit en kun je materiaal op diverse manieren vervoeren.”
Daarmee ben je echter nog niet klaar. Ook heb je mensen nodig die goed kunnen plannen, een laadinfrastructuur als je met elektrisch materieel gaat werken, ruimte om onderdelen prefab op te kunnen bouwen… Én een goed datasysteem en koppeling met lokale verkeersmanagementsystemen. De bouwsector is hier wel mee bezig, met bijvoorbeeld BIM, GIS en Virtual Twins, en er is nog veel te doen als het gaat om datakwaliteit.
Het inrichten van een bouwhub is een flinke klus, maar zeker niet onmogelijk. De laatste jaren zijn er volgens de lectoren al flinke stappen gezet, zo zijn er enkele goed functionerende hubs actief. Ploos van Amstel: “Denk aan de hub van VolkerWessels in Utrecht, of Bouwhub Amsterdam. Die hebben een aantal briljante oplossingen bedacht.”
Slimme bouwlogistiek is volgens Vrijhoef geen toekomstmuziek meer. “Het is actuele toekomst. Hubs schieten als paddenstoelen uit de grond. Deze stikstofcrisis gaat de vraag alleen nog maar vergroten. Bovendien komen er alleen maar meer problemen aan als we niet met betere, efficiëntere en vooral schonere logistiek aan de slag gaan. Denk aan problemen als de luchtkwaliteit in steden en beschikbare arbeidskrachten, die staan behoorlijk onder druk. Beginnen met het slim inrichten van vervoersbewegingen is een eerste, vrij makkelijke manier om dit aan te pakken. Natuurlijk vergt het organisatiekracht, maar verder heb je vooral je boerenverstand nodig”, besluit hij.