Het type activiteit waarmee Nederland verdient aan wereldwijde productieketens verschuift geleidelijk. Werknemers in Nederland verdienen aan goederen die zowel in Nederland als in het buitenland worden gemaakt, maar steeds meer met diensten (zoals logistiek) en steeds minder aan productieactiviteiten (zoals assemblage). Dit blijkt uit het onderzoek ‘Het belang van Nederlandse diensten in wereldwijde waardeketens van de maakindustrie’ van het Centraal Planbureau.
Binnen de maakindustrie komt twee derde van het arbeidsinkomen uit dienstenactiviteiten: management (waaronder logistiek en supply chain management), ingenieurswerk, professionele diensten (waaronder recht, marketing en onderzoek), administratieve diensten, productie en andere activiteiten.
Nederland onderscheidt zich van andere ontwikkelde economieën met zijn nadrukkelijke specialisatie in professionele diensten. Terwijl landen als Duitsland, Frankrijk, het VK en de VS zich specialiseren in respectievelijk ingenieurswerk en managementactiviteiten, blijft China zich focussen op productie.
CPB spreekt van de ‘verdienstelijking’ van de Nederlandse economie. CPB noemt de rol van Nederland in de wereldeconomie uniek: in geen enkel ontwikkeld land is de specialisatie in professionele diensten zo groot.
Bron: CPB