Verkeersveiligheid vraagt om mensenstraten en niet om nog meer mobiliteit
Verkeersveiligheid vraagt om mensenstraten en niet om nog meer mobiliteit
In 2023 kwamen 684 mensen in Nederland om door een verkeersongeval. Dat zijn 61 verkeersdoden minder dan in 2022, maar opnieuw meer dan tussen 2010 en 2021. Voor het vierde jaar op rij kwamen meer fietsers (270) dan inzittenden van personenauto’s (194) om in het verkeer. Dat meldt het CBS.Mijn eigen Amsterdam is koploper.
Een snelle lezer zal in de cijfers lezen dat het inzetten op meer auto, taxi of OV, zeker in centrum, leidt tot minder verkeersongelukken met gewonden. De fietser is het grote gevaar op de weg. In Parool schreef hield zelfs iemand een pleidooi voor een fietsverbod. Gelukkig is er meer nuance in het gesprek over de auto in de toekomst van de Amsterdamse mobiliteit.
Voor dit uitvoeringsplan wordt uitgegaan van de begroting 2024: ruim 25 mln euro.
Uitnodigend voor voetgangers en fietsers
Meer dan tweederde van de doden en ernstig gewonden op de Amsterdamse wegen zijn fietser of voetganger. Vaak zonder dat er een tegenpartij bij betrokken was. Met meer ruimte voor voetgangers en fietsers wordt de stad ruimte-efficiënter ingericht en aantrekkelijker, gezonder en veiliger. Een van de maatregelen is het aanleggen van veilige schoolomgevingen. En het realiseren van meer fietsparkeerplekken zodat de stoepen toegankelijk blijven.
Veilig en gebruiksvriendelijk netwerk
Een veilig en gebruikersvriendelijk verkeersnetwerk is van belang voor de verkeersveiligheid in Amsterdam. De maatregelen waar de gemeente aan werkt zijn een lagere snelheid in de stad en de aanpak van blackspots en andere risicolocaties. Maar ook aan voldoende fietsparkeervoorzieningen bij ov-locaties om de reis per fiets en ov makkelijker te maken.
Bewust mobiliteitsgedrag
Bewust mobiliteitsgedrag gaat over het stimuleren van mobiliteit die weinig ruimte inneemt en duurzaam is zoals lopen, fietsen en openbaar vervoer. De auto heeft wel een plek in de stad, maar is niet meer dominant. Het gaat over veilig en sociaal verkeersgedrag en oog hebben voor een toegankelijke openbare ruimte. Het gaat over maatregelen gericht op gedragsverandering via educatie, communicatie en handhaving.
Het gevecht om de ruimte
Mijn zorgen zitten bij het veelvuldig gebruik van het woord stimuleren en dan vooral van fietsen, terwijl lopen veiliger is en echt bijdraagt aan een betrokken en inclusieve stad. De meeste mobiliteit in Amsterdam is ‘pretmobiliteit’. En pret zoek je ver weg?
Zolang het Amsterdamse college inzet op het monomaan faciliteren van de overmobiele haastmeute wordt Amsterdam nooit een fijne en verkeersveilige stad. Daar helpen 30 km/uur, autoluw, bruggen over het IJ, knippen, bredere fietspaden en -straten en al die andere maatregelen niets aan.
Het gesprek over mobiliteit in Amsterdam moet gaan over mensen en niet over vervoersmiddelen. Amsterdam heeft mensenstraten nodig. Straten waar slenteren, ontspannen, spelen, verblijven en ontmoeten centraal staan. Straten die aantrekkelijk, veilig en vooral ook inclusief tegelijk zijn. Amsterdam werkt op dit moment aan een nieuwe benadering voor de inrichting en het gebruik van de openbare ruimte bij de planning van de stad: ‘Amsterdam maakt ruimte’.
De openbare ruimte is de huiskamer voor alle Amsterdammers. Hopelijk gaat het gesprek over verkeersveiligheid niet over nog meer mobiliteit, nog meer verkeersstraten, maar over veel fijne en gezonde mensenstraten.
Amsterdam moedigt niet de totale mobiliteit aan, maar wil automobilisten stimuleren voortaan vaker te fietsen. Als ze dat doen, komt er heel veel extra ruimte in de stad vrij waardoor de mensenstraten waar jij voor pleit dichterbij komen. De pret die mensen zoeken is inderdaad vaak buiten loopafstand. Er zijn maar weinig mensen die binnen een paar kilometer van hun vrienden, bioscopen, theater etc. wonen. Daardoor is de fiets (samen met het OV) het enige duurzame alternatief voor de auto voor heel veel verplaatsingen. Meer fietsers dragen ook bij aan mensenstraten, waar mensen met elkaar kunnen communiceren. Automobilisten zitten in een cocon, afgesloten voor alle communicatie, en doen dat niet.
Amsterdam moedigt niet de totale mobiliteit aan, maar wil automobilisten stimuleren voortaan vaker te fietsen. Als ze dat doen, komt er heel veel extra ruimte in de stad vrij waardoor de mensenstraten waar jij voor pleit dichterbij komen. De pret die mensen zoeken is inderdaad vaak buiten loopafstand. Er zijn maar weinig mensen die binnen een paar kilometer van hun vrienden, bioscopen, theater etc. wonen. Daardoor is de fiets (samen met het OV) het enige duurzame alternatief voor de auto voor heel veel verplaatsingen. Meer fietsers dragen ook bij aan mensenstraten, waar mensen met elkaar kunnen communiceren. Automobilisten zitten in een cocon, afgesloten voor alle communicatie, en doen dat niet.