Winkelgebieden en binnensteden moeten aantrekkelijk zijn voorbezoekers. Een op de bezoekers afgestemde branchering bepaalt de aantrekkelijkheid van winkelgebieden. Waaraan heeft de consument behoefte? Ontbreken bepaalde formules of branches? Is het aanbod voldoende onderscheidend tegenover buurgemeenten? En is er voldoende winkelruimte voor de toekomst?
Provincies voeren daarom een actief detailhandelsbeleid. Ontwikkelingen worden in regionaal verband afgestemd en beoordeeld.
Dit gebeurt door het opstellen van regionale detailhandelsvisies en toetsing van nieuwe plannen in regionale adviescommissies detailhandel. Ik ben lid van de adviescommissie in Noord-Holland. Om effectief te kunnen sturen is inzicht nodig in de toekomstige situatie en de mogelijkheden voor nieuwe detailhandelsontwikkelingen.
Om een goed advies te kunnen geven over nieuwe detailhandelsplannen en voor het opstellen van regionale detailhandelsvisies is inzicht in de toekomstige marktruimte nodig.
Echter de kracht van winkelgebieden (en daarmee de koopkrachtbinding en koopstromen) op lange termijn wordt niet alleen door winkels bepaalt. Een aantrekkelijk winkelgebied, of binnenstad, heeft een fijne mix van winkelen, ontspannen, genieten en slenteren. Horeca hoort daarbij. Een lekkere lunch of ontbijt, borrelen na een middag shoppen en een ontmoetingsplek voor de bewoners uit de buurt.
Wat ik vreemd vind is dat er wel marktruimte-onderzoek voor winkels is, maar niet voor de horeca en andere functies in de winkelgebieden. Die horeca ‘concurreert’ wel om dezelfde ruimte met het risico van verdringing. Als een goede balans van functies belangrijk is dan zou het vanzelfsprekend zijn dat er ook marktruimte-onderzoek is voor de horecafuncties. Waaraan hebben bezoekers behoefte? Ontbreken bepaalde horecaformules? Versterkt het aanbod van horeca, fastfood en winkels elkaar? En is er voldoende ruimte voor de ondernemers (en voor hun terrassen)? Wat doet terrasuitbreiding met de bereikbaarheid van de winkels?
Uit de plannen voor de Amsterdamse horeca en terrassen blijkt dat er geen inzicht is in de behoefte van de bewoners en bezoekers. Dan is het niet mogelijk om een goed advies te geven over de toekomstige ruimte die ondernemers nodig hebben en met elkaar moeten delen. Een leuke buurt vraagt om een juiste mix van de juiste functies. Er moet dus ook marktruimte-onderzoek voor de horeca komen.
Walther Ploos van Amstel.