McKinsey kwam deze week met de belangrijkste trends bij Europese supermarktketens. Een daarvan is duurzaamheid. Alle top tien Europese supermarktketens hebben duurzaamheidsdoelstellingen voor 2025 vastgesteld voor de Scope 1- en 2-uitstoot (en soms Scope 3-uitstoot), voor duurzaamheid in de logistieke keten en winkels, verpakkingen, voor duurzame landbouw en voor dierenwelzijn. Maar, er is nog veel te doen.
Scope 3-uitstoot
Geen van de top tien Europese supermarktketens rapporteert vooruitgang in het verminderen van Scope 3-uitstoot. Dit komt vooral doordat het nauwkeurig meten van deze emissies moeilijk is en de aanpak meer geld kost dan het oplevert, aldus McKinsey. De eerste retailers, zoals AholdDelhaize, zijn begonnen met het opbouwen van Scope 3-monitoring op basis van daadwerkelijke emissies per product en leverancier in plaats van wereldwijde gemiddelden over alle leveranciers. Door de werkelijke emissies die verbonden zijn aan elke leverancier te begrijpen, kunnen supermarktketens overstappen naar leveranciers met lagere emissies of met leveranciers concrete reductiedoelstellingen overeenkomen.
Minder verpakkingen
Het Nederlandse CBL heeft, samen met de aangesloten supermarkten, doelen gesteld voor bijvoorbeeld het reduceren van verpakkingsmateriaal. Zo ligt er in 2025 twintig procent minder verpakkingsmateriaal in de supermarkten en moet 95 procent van het verpakkingsmateriaal recyclebaar zijn. Het gaat om 650.000 ton aan verpakkingsmateriaal in 2022 (dat zijn 30.000 volle vrachtwagens); kunststof, glas, papier en karton.
De supermarkten werken aan het reduceren van verpakkingen, duurzaam materiaalgebruik, de recyclebaarheid van verpakkingen van onder meer huismerkartikelen en het beter informeren van consumenten. Voor de logistieke verzendverpakkingen (pallets, wikkelfolie) heeft de sector nog geen doelen gesteld. Internationaal werken supermarkten en producenten ook samen in de Business Coalition for a Global Plastics Treaty.
De Verpakkingsrapportage 2022 laat zien dat supermarkten diverse gestelde verpakkingsdoelstellingen hebben gehaald. Zo hebben supermarkten de doelstelling om tien procent gewichtsreductie van primair en secundair verpakkingsmateriaal in 2022 ruim behaald bij vooral de secundaire verpakking (zoals de omdoos). Ook is de doelstelling om in 2022 tachtig procent van het papier en karton in primaire en secundaire verpakkingen FSC/PEFC-gecertificeerd en/of van gerecycled materiaal te hebben, behaald. Een grote uitdaging is overigens de beschikbaarheid en betrouwbaarheid van data.
Design for recycling?
Verduurzaming kost tijd en inspanning van alle spelers in de keten. Iedere partij moet hierin haar rol pakken. “Zo zullen supermarkten blijven focussen op design for recycling, zijn innovaties nodig vanuit de verpakkingsindustrie en is het aan sorteerders en recyclers om de recyclingprocessen van onder meer drankkartons te verbeteren”, zegt Jennifer Muller, manager Duurzaamheid bij het CBL. Ook is het beter informeren van consumenten nodig; wat doet die met de verpakking thuis?
Toch is design for recycling maar een stukje van de puzzel. Wat doe je als de gerecycelde materialen waardeloos zijn? Recycling alleen is niet voldoende voor een circulaire economie. Er is behoefte aan solide circulaire businessmodellen, dataplatformen en veranderingen in gedrag van ketenpartners. Dit vereist sociaal-economische vernieuwingen. Hoe gaan de supermarkten, samen, meebouwen aan zo’n ecosysteem?
Bij de consument thuis
Scope 3-uitstoot omvat ook de uitstoot gelinkt aan de consument. Dat is in de levensmiddelensector maar liefst 29%. Dit komt door wat consumenten thuis weggooien en de energie die ze gebruiken bij koken. Verpakkingen om producten hebben vele functies, bijvoorbeeld het borgen van voedselveiligheid en het tegengaan van beschadigingen waardoor voedsel niet geconsumeerd, maar verspild kan worden.
Zelf betrap ik me erop dat ik na het verdwijnen van de gratis zakjes bij de groente-afdeling vaker voorverpakte groenten en fruit koop en daardoor ook meer weggooi. En over statiegeld durf ik al niet meer te beginnen. Minder verpakken betekent dat je goed moet nadenken over onbedoelde keteneffecten.
De klimaatneutrale ambities van supermarktketens betekenen dus dat je ook moet nadenken over hoe je al die verschillende consumenten met je assortiment, versheid, bezorgdiensten, verpakkingen, communicatie en misschien wel enige opvoeding moet meenemen bij de klimaatambities. Die verantwoordelijkheid stopt niet bij de kassa.
Walther Ploos van Amstel.